Mijn lijf en ik
02-05-2014 20:01
Mijn lijf en ik hebben al lang een innige relatie. Al meer dan 50 jaar zijn we onafscheidelijk met elkaar verbonden. Ach, we kunnen gewoon niet zonder elkaar. Af en toe knalt het even flink. Maar dat wordt dan weer bij gelegd. Ja je moet toch samen verder, niet waar?
Tenminste, zo was het toen we nog jong waren. Op een gegeven moment wilde ik wat meer en zij weer niet. Was inmiddels getrouwd en mijn vrouw begon mijn lijf steeds wat vaker gelijk te geven. Ze vond dat ik te veel van haar verlangde. Ik antwoordde dat mijn lijf niet zo moest zeuren. Zo veel was het toch niet wat ik haar liet doen! Gelukkig waren er ook nog mooie momenten, waarin het leek of we samen de hele wereld aankonden! Alpe d'HuZes, concerten .Genieten.....
Tot juli vorig jaar dus, toen die indringers kwamen en de longslagaders verstopten. Na een helse nacht, waar ik niet in de gaten had hoe erg mijn lieve lijf er werkelijk aan toe was, ging het wel weer. Op de fiets naar de huisarts om haar te laten controleren. Op mijn fiets naar de gene die ons naar het ziekenhuis zou brengen. Mijn lieve lijf leek weer een beetje de oude. Maar plotseling in het ziekenhuis was het bijna gedaan met haar. Ineens was ze uitgeput. Ik was ook wel aan rust toe. Kwam mooi uit, in het ziekenhuisbed naar de Tour de France kijken, muziek luisteren.. Leuke mensen op de kamer. Af en toe kreeg je weer andere kamer genoten. Het was net een schoolkampje. Maar mijn lijf kon niet veel meer. De eerste dagen was ze al bekaf van een paar meter naar het toilet gaan. Toen we naar huis gingen, Kon ze alweer een 100 meter volhouden.
Langzaam opbouwen, was gezegd. Als alles goed gaat heb je na een half jaar weer beetje basisconditie. Waarschijnlijk heb ik dat van dat 'beetje' basis conditie niet helemaal goed begrepen. Want ik zag nieuwe kansen en mogelijkheden. En vloog er weer in zodra ik het woord werk hoorde. Op het werk even fit, thuis lang bekaf. Dat laatste negeerde ik. Mijn werk productie lag gemiddeld nog hoger dan voor de komst van die indringers.
Maar er is iets veranderd. Mijn lijf heeft, naast mijn vrouw, meer medestanders gekregen die opkomen voor haar belang. Wat , moet ik toegeven, ook in belang van mezelf is. Tot zelfs in mijn dromen achervolgen ze mij. Schreeuwend: 'Corné, rustig aan. Loop jezelf toch niet voorbij!' Badend in het zweet word ik dan wakker en voel overal nog de blauwe plekken van hun schoppen op mijn ziel. Op mijn werk hebben zich ook collega's bij hun aangesloten.
Tegen zoveel overmacht kan ik niet op.
Daarom word mijn volgende strijd:
leren bewust rustig aan te doen.
Hopelijk krijg ik net zo goede hulp als mijn lijf die gekregen heeft.
Jullie?